Over een spoor van 100.000 doden
Er bestaan veel misverstanden over, maar de Birma Siam spoorlijn is voor de Japanners weldegelijk van waarde geweest. Nadat de baan op 25 oktober 1943 in gebruik is genomen, reden er 8 maanden lang dagelijks 6 treinen richting het Birmese front. Toen de Japanners de slag om Birma uiteindelijk verloren, zijn de legereenheden massaal via de spoorlijn geëvacueerd. Na de oorlog wordt de spoorbaan in 1947 door de Engelsen verkocht aan de Thaise overheid. Van de opbrengst hebben Nederlandse families later nog enige compensatie ontvangen. Na de aanschaf komen de Thai er echter achter dat de spoorbaan in de jungle niet te onderhouden is en stoten steeds meer delen af. Totdat de lijn uiteindelijk wordt afgekapt op zijn huidige punt Nam Tok. Gedetailleerde informatie over het gebruik van de spoorlijn en deze periode na de oorlog is te vinden in het verslag van kolonel Van Warmenhoven, die het beheer over de spoorlijn na de capitulatie van de Japanners overnam (Van Warmenhoven -De Dodenspoorlijn, ook dit boek is tegen een schappelijke donatie te verkrijgen in de SHBSS-webshop).
Vandaag maakt de groep een treinreis over het traject dat nog over is, van Kanchanaburi naar Nam Tok. Een traject van ruim 50 kilometer, een ritje van 2 uur. Een tocht waarbij we een aantal plekken passeren waar we eerder zijn geweest, de brug over de river kwai, Chungkai cutting en natuurlijk Wang Pho viaduct. De Thai gebruiken de lijn om bij warm weer een gezinsuitje te doen bij de waterval (nam tok betekent waterval) en betalen daarvoor 17 baht. Voor buitenlandse toeristen is er de speciale prijs van 300 baht (ik hoop dat Femke Halsema mijn blog leest!). Maar daarvoor sparen ze dan ook kosten noch moeite. Ik zeg nog tegen Gijs, je kunt hier niet eens rustig zitten, het is een af en aan lopen van mensen die een bakje water uitdelen, dan een rietje voor het bakje water, een snackbox, een certificaat, een elastiekje zodat je je certificaat kan oprollen, een conducteur die je kaartje knipt, iemand die de tafeltjes komt inklappen etc.
Het uitzicht tijdens de rit is prachtig en de reizigers genieten zichtbaar. Terwijl we over het traject schommelen en de warme tropenlucht door de raampjes naar binnenstroomt, krijgen alle belevenissen van de afgelopen dagen hun plek. Ze zeggen in Engeland wel eens: one death for every sleeper, een dode voor elke spoorbiels. Dat klopt niet helemaal want er zijn in het 415 kilometer lange traject zo’n 550.000 bielzen gebruikt. De 415 kilometer spoor is ongeveer even lang als 150.000 spoorstaven. Dat komt meer in de buurt van het aantal slachtoffers dat de aanleg van deze lijn heeft gevergd. Elke klik klak van het spoor dat ik hoor als we eroverheen rijden, staat voor een overleden Aziatische arbeider of krijgsgevangene. Klik klak klik klak klik klak rijden we voort. Het grijpt me aan.
Aangekomen in Nam tok staat de lunch alweer klaar. Een compliment voor de vegetarische kaart in dit restaurant, want daar hadden ze echt hun best op gedaan. En voor het toetje: ijs met gebakken banaan. Mijn favoriet. Poom kent me en ik krijg er twee. Ze heeft de afgelopen drie dagen toen wij in Sankla waren op kantoor gezeten, de administratie gedaan, en stuitert vandaag alle kanten op. Blij dat ze weer bij de groep is. We bezoeken de oude Japanse Locomotief en lopen dan naar de waterval. Ik vind dat altijd een heerlijk plekje. Het klaterende water en de thai die in het parkje eromheen wat picknicken en plezier hebben in het water.
Een aantal reizigers had de zwemspullen meegenomen en ging omhoog om in de waterval te zwemmen en er onder te staan. Eervolle vermeldingen voor Gerben, de Koper-mannen en Ida die de eer van het bestuur heeft hoog gehouden. Ook Lucas schuifelt een heel eind het water in, glijdt bijna uit op de gladde rotsen, maar het gaat gelukkig goed. Het is een relaxte afsluiting van de dag. Iedereen hangt lekker rond en maakt een praatje. Om 15 uur is het tijd om terug te gaan en om 15.02 zit iedereen in de bus. Het is ongelooflijk. We rijden terug naar het resort en de snoepzak van Sylvia gaat net als bijna elke andere dag weer rond, ik dacht dat die op was, maar er is gelukkig blijkbaar nog een verse voorraad. Morgen al weer de laatste dag. We hebben dan de herdenkingsceremonie, altijd een bijzonder moment als afsluiting van deze mooie reis. De bloemen zijn al geregeld. Mooie oranje boeketten. Tot morgen.